Home  /  Over Zottegem en haar bestuur  /  Over Zottegem  /  Een vleugje geschiedenis  /  Duiventil Egmont - "Villa Cantaert"

Duiventil Egmont - "Villa Cantaert"


Op 13 maart 1997 werden twee Zottegemse gebouwen als monument beschermd. Enerzijds de "duiventil" van Egmont en anderzijds de "villa Cantaert", beiden gelegen aan de Bruggenhoek. Vooral over het eerste gebouw heersen nogal wat misverstanden. Zo werd de duivenkeet in een aantal persartikels verkeerdelijk op Beisloven gesitueerd. De "villa Cantaert" is dan weer beeldbepalend aan de Bruggenhoek. Redenen te over om beide monumenten in de kijker te plaatsen.
 
Duiventil
Letterlijk luidt het beschermingsbesluit dat: "de restanten van de oude toren, uit de eerste helft van de 16de eeuw, vermoedelijk duiventoren van het Egmontkasteel, deel uitmakend van de woning gelegen Bruggenhoek 15 te Zottegem (Strijpen), meer bepaald het deel van de voorgevel (westgevel) rechts van de deur, het deel van de achtergevel (oostgevel) rechts van de middengang, de zuidelijke zijgevel en de vroegere noordelijke zijgevel die thans de muur van de middengang vormt" als monument wordt beschermd omwille van zijn historische waarde. Die historische waarde wordt nader omschreven als "overblijfsel van een bij het Egmontkasteel van Zottegem horende bakstenen toren met uitkragende zandstenen spitsbogige fries uit de eerste helft van de 16de eeuw, vermoedelijk als duiventoren bestemd en op het einde van de 19de eeuw in een woning ingebouwd". Het woordje "vermoedelijk" laat ruimte voor interpretatie. Hedwig Van den Bossche kaartte het probleem van de "toren" al in 1990-1991 aan, en het zijn grotendeels diezelfde denkoefeningen die in het beschermingsdossier worden geformuleerd. Van de "toren" bestaan diverse afbeeldingen op kaarten en prenten uit de 16de en 17de eeuw. Telkens ligt het bouwwerk ten noordoosten van het kasteeldomein, in de hoek van de oude "dorpsvijver" aan de Bettelhovebeek. De "toren" zelf is op de ene kaart getekend als een torenachtige constructie, wat op (de resten van) een vooruitgeschoven versterking zou kunnen slaan, terwijl op een andere prent een kubus staat, die gezien zijn ligging aan de vijver, mogelijk als eendenkooi dienst deed. Andere bronnen omschrijven het bouwsel dan weer als een duivenkeet, een functie die het ook in de volksmond had. De vijver, die zelf gevoed werd door de hoger gelegen Bevegemse Vijvers, werd gebruikt om het water in de kasteelgracht op peil te houden. Deze waterpartij mag dus niet worden verward met de molenvijver, die ten westen van het kasteel lag en omstreeks 1950 werd gedempt. De "toren" werd op het einde van de 19de eeuw omgevormd tot een woonhuis. Hij bleef gedeeltelijk bewaard achter de bepleistering van de voorgevel en bovenaan de (zuidelijke) zijgevel, waar recent ... een duiventil (!) werd aangebouwd. De westgevel is door een later aanbouw niet meer te zien en de noordgevel ligt nu binnenin de woning. De oude structuur van het bouwwerk is het best te zien bij de punt van de zuidelijke zijgevel (zie foto). Deze constructie mag niet worden verward met een andere "toren" in de onmiddellijke omgeving van het Egmontkasteel. Het gaat hier om een ronde belvédèretoren, die vermoedelijk werd opgetrokken op het einde van de 18de eeuw.
 
De 'villa Cantaert'
Op een gedeelte van de vroegere vijver werd omstreeks 1925 de "villa Cantaert" opgetrokken. Samen met de bijbehorende tuin werd deze villa, vandaag gelegen Bruggenhoek 1, als monument beschermd. Het imposante gebouw, naar plannen van architect Claessens, is gemetseld in een gelige baksteen, met natuursteen voor de constructieve onderdelen. De villa telt twee bouwlagen onder Mansartdak. "De bouwlagen zijn uitgesproken horizontaal geleed", dit door de zware kroonlijst en de geleding van het gelijkvloers, door middel van een centrale portiek op Toscaanse zuilen en met natuurstenen stijlen onderverdeelde raampartijen. Aan weerszijden wordt het gelijkvloers opengewerkt door een smalle door Toscaanse zuilen, gedragen galerij. De voortuin, met laag gelegen grasperk, decoratieve inkompartijen en hekwerk, is als het ware een verlenging van de architectuur van het gebouw zelf. De achtertuin werd aangelegd in een landschappelijke stijl, met centraal een grote met cementbeton uitgewerkte vijver. Achterin de tuin werd, in de stijl van de villa, een klein tuinprieel opgetrokken. De planten zijn typisch voor het begin van de 20ste eeuw, met onder andere Ruwe Berk, Gewone Es, Bruine Beuk, Gewone Esdoorn, Noorse Esdoorn, Dwergkwee, Rode Paardekastanje, Moerascypres, Zwarte Den, Tulpenboom en Japanse Noteboom.
 
Bronnen
Voor deze bijdrage gebruikten we het dossier opgesteld door Hedwig Van den Bossche en Geert Van der Linden (Bestuur Monumenten en Landschappen), "Raadsels en gissingen omtrent burcht en Egmontkasteel te Zottegem", in: Zottegems Genootschap voor Geschiedenis en Oudheidkunde. Handelingen, V, 1991, pp. 175-206.